Pools
Język polski
Język polski
40 miljoen
Poolse Republiek, EU
Tsjechië, Slowakije, Roemenië, Oekraïne
Groot-Brittannië, Duitsland, Ierland, Frankrijk, Oostenrijk (in Europa); de VSA, Canada, Australië, Brazilië, Argentinië, Nieuw-Zeeland (buiten Europa)
Het oudst bekende voorbeeld van schriftelijk Pools is een enkele zin toegeschreven aan een Tsjech, die tot zijn Poolse echtgenote sprak, en opgenomen door een Duitse monnik in een overigens volledig Latijnse tekst, de geschiedenis van een cisterciënzer abdij in de streek van Neder-Silezië.
De zin staat in de annalen van het jaar 1270 en is opgenomen als Day ut ia pobrusa, a ti poziwai. In moderne spelling wordt dit geschreven als Daj ać ja pobruszę, a ty poczywaj en betekent 'Laat mij (de bloem) malen, en rust gij'. In modern Poolse zou dit zijn Daj, niech ja pomielę, a ty odpoczywaj.
Het Pools heeft een zeer rijk systeem van voor- en achtervoegsels, en de laatste veroorzaken vaak veranderingen in zowel medeklinkers en klinkers. Enkele voorbeelden hiervan zijn świat (wereld) en na świecie (in de wereld), zapraszamy (we nodigen [iemand] uit) en zaprosimy (we zullen [iemand] uitnodigen) of droga (baan) en po drodze (op de baan).
Het aantal geslachten in het Pools is en blijft een twistpunt. Hier zullen we aannemen dat er drie of vier geslachten zijn in het enkelvoud en twee in het meervoud. De redenen hiervoor zijn dat de traditionele mannelijke vorm lijkt uiteen te vallen in twee geslachten, terwijl het geslacht in het meervoud, zoals bepaald door de overeenkomst van adjectieven en werkwoorden, slechts gedeeltelijk bepaald wordt door het geslacht in het enkelvoud:
Naamvalsvormen hangen af van het geslacht van het zelfstandig naamwoord en de klank aan het einde van het zelfstandig naamwoord. Een fundamenteel onderscheid in de Poolse grammatica is de scheiding tussen harde en zachte klanken. Zacht betekent dat de klank wordt uitgesproken alsof er een 'j' op volgt, terwijl hard betekent dat die afwezig is.
Geslacht | Typische uitgang |
---|---|
Mannelijk (bezield, onbezield) → | Harde of zachte medeklinker, -a |
Vrouwelijk → | -a, medeklinker (meestal zacht), -ni |
Onzijdig → | -o, -ie, -ę, -um |
Officieel bestaat het alfabet uit de volgende 32 letters:
Er zijn 4 diakritische tekens: staart (ogonek, ą, ę), accent aigu (kreska, ć, ń, ó, ś, ź), streep (kreska ukośna, ł) en punt (kropka, ż).
Van bijzonder belang in het Poolse geluidssysteem is het contrast tussen twee groepen van gelijkende geluiden die identiek lijken voor niet-Polen. Bijvoorbeeld, de lettercombinatie sz en ś lijken op 'sj'. Het verschil is dat sz een palataal-retroflexe medeklinker is (uitgesproken met het puntje van de tong teruggedraaid naar het verhemelte), terwijl ś een alveo-palatale is (uitgesproken met een vlakkere tong en de lippen meer gespreid).
Enkele minimale (of bijna minimale) paren zijn:
Palataal retroflex
Alveo-palataal
Het is uiterst moeilijk voor anderstaligen om het verschil te horen. Bovendien contrasteert cz [t͡ʂ] met trz [tʂ] waarbij de twee delen afzonderlijk zijn zoals in czy (of) en trzy (drie). Samen met ć zijn er dan drie 'sj'-klanken, waarmee niet-moedertaalsprekers moeite hebben om te onderscheiden.
Bron: Wikimedia Commons
Kasjoebisch (Kaszubski) wordt nu meestal behandeld als een aparte taal en Silezisch soms ook. In het moderne Pools verzwakken de dialectverschillen in graad en verspreiding ten minste sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog. Ze kunnen nu beter als accenten van standaard Pools beschreven worden met een paar lokale woorden, dan als echt te onderscheiden lokale variëteiten.
Net als enkele andere Slavische talen heeft het Pools een zeer rijke voorraad verkleinwoordvormen die een verscheidenheid aan expressie dienen.
Soms verwijzen ze gewoon naar kleine afmetingen zoals dywanik een klein dywan (tapijt) is. Er zijn twee niveaus van verkleinwoorden, zodat księga verwijst naar een overmatig groot boek, książka naar een boek van normaal formaat en książeczka naar een boek, dat kleiner is dan normaal.
Verkleinwoorden hebben vaak speciale beleefdheids- of expressieve betekenissen. Kaartjescontroleurs vragen aan passagiers bileciki (kleine kaarten) te laten zien in plaats van bilety. Een bediende in een slagerij kan verwijzen naar wołowinka (vleesje) om zijn frisheid en smaak te benadrukken. Soms worden verkleinwoorden gebruikt om beleefdheid uit te drukken tegenover de aangesproken persoon, zodat een gastheer kawusia (een koffietje) kan bieden in plaats van kawa niet omdat de kop klein is, maar om positieve gevoelens ten opzichte van hun gast te uiten.